Blog: Wat als je altijd moe bent door kanker?
Chemo- en radiotherapie vragen veel van het zelfherstellend vermogen van de mens. Dan kun je wel wat ondersteuning gebruiken. Oncoreflexmassage biedt aanvullende zorg bij kanker.
Zware vermoeidheid die niet overgaat komt veel voor na behandeling in het ziekenhuis. Vaak gaat de vermoeidheid samen met een gemis aan levensvreugde, concentratie en geheugenstoornissen.
Oncoreflexmassage heeft een positief effect op vermoeidheid en slaap na radiotherapie. Dat blijkt uit onderzoek. Een groep borstkankerpatienten ontvingen over een periode van 10 weken iedere week een oncoreflexmassage. De controlegroep kreeg normale zorg. In de tien weken van het onderzoek bleef de kwaliteit van leven in de reflexzonegroep nagenoeg gelijk. Zij ervoeren minder vermoeidheid en sliepen aanmerkelijk beter. In de groep die normale zorg ontving verslechterde de kwaliteit van leven. Het verschil tussen beide groepen nam na de bestralingsperiode weer af.
Oncoreflexmassage ondersteunt je in een moeilijke periode in je leven. Eerst om de behandelingen goed te doorstaan, daarna om het gebeurde te verwerken.
Een oncoreflexmassage is een prettige ervaring, waarbij je helemaal tot rust kunt komen. Na enkele massages gaat je het verschil voelen Een oncoreflextherapeut vraagt naar je energie, ziektegeschiedenis en gebeurtenissen in het verleden. Samen bepalen jullie het doel van de massage. Je therapeut kiest reflexzones en acupressuurpunten op de voeten en onderbenen, die zacht worden gestimuleerd. Oncoreflexmassage is een door kanker.nl goedgekeurde therapie. Vind een oncoreflextherapeut bij jou in de buurt via www.oncoreflex-netwerk.nl
Bronnen:
Tarrasch R et al. The effect of reflexology on the Pain-Insomnia-Fatigue Disturbance Cluster, breast cancer patients during adjuvant radiation therapy. Alternative and Complementary Medicine, Vol 24, No 1, jan 2018
Uysal RN et al. Effects of foot massage applied in two different methods on symptom control in colorectal cancer patients: Randomised control trial. Int J Nurs Pract 2017 Jun;23(3)